Zij is één van de weinige personen die als ze thuis komt, de tv aanzet. Als kind keek ze nochtans graag op zondagochtend naar de kinderprogramma’s van Club Dorothée en zapte later op de voormiddag door naar Nederland 3, waar Theo & Thea heel vooruitstrevende en naar haar gevoel, soms ‘platte’ tv maakten.
Club Dorothée leek haar lief en liet haar wegdromen van roomsoezen en Barbapapa’s. Kermis op een zondagochtend, wanneer haar ouders hun roes uitsliepen na een lange werkweek. Theo & Thea hadden twee valse tanden die als konijnen huppelend voor de tv in rare outfits het beeldscherm vulden. En toen het winter was, draaide ze de VHS-band die ze had gekregen voor haar verjaardag met The Sound of Music en Mary Poppins blauw op luie zondagen waar niks viel te beleven, zodat ze vloeiend Engels sprak toen ze zes was. Soms maakte ze tekeningetjes en verzon ze er verhaaltjes bij. Op school droomde ze weg toen ze het raam uitstaarde naar de grote massa wolken, waar ze hele werelden in zag. Het kasteel van Tita Tovenaar was nooit ver weg. Ook zong ze luidkeels mee toen Nils Holgersson wegvloog op een gans naar de zon.
Nu maakt ze haar koffers klaar om zelf weg te vliegen naar de zon. De herfst huist in het land en is nog maar net begonnen, weldra is het ijskoud en winter. De schoolgaande jeugd heeft herfstvakantie en even flitst het door haar hoofd hoeveel kinderen er nu voor de buis zitten gekluisterd en waar ze naar kijken.
Op de tv ziet ze Piet Huysentruyt samen met Petra een herfstsoepje maken met champignons en truffels. Ze zapt even verder en ziet Jeroen Meus pompoensoep zeven. Ze denkt aan soep en wat ze dadelijk zal eten. Veel honger heeft ze niet. Ze ontbeet maar rond lunchtijd. Ze zapt nog maar eens en ziet alweer een kookprogramma met als titel Komen Eten. Waarom kookprogramma’s schering en inslag zijn geworden en er geen programma’s zijn over Harry Mulisch die er het bijltje bij neerlegde afgelopen zaterdag, het zal haar een worst wezen. Ze rouwt nog een beetje om zijn dood, ze vond hem een groot schrijver en een aimabele man, waarmee ze eens mailde een jaar geleden.
In Gent opende er een tentoonstelling met als titel Hareng Saur. Gerookte haring is dat letterlijk vertaald. L’art de Ensor, racet het door haar hoofd. Afgelopen zondag ging ze naar het Ensorhuis in Oostende. Het is Allerheiligen en Allerzielen, Halloween in het dagelijks leven, schilderde James Ensor al honderdvijftig jaar geleden. Ze denkt na over de dood, over herdenken en over de periode van het jaar, waarbij we allen bloemen op het graf van overleden dierbaren plaatsen. Zij denkt na over wat vanbinnen in haarzelf al stierf in haar korte leven. Ze vouwt een djellaba op en steekt die in haar reiskoffer. Een glimlach kleurt haar gezicht. Ze gaat naar de koningsgraven en zal de schatten van overleden Farao’s ontdekken. Haar schat en de gedachten aan hem verwarmen haar hart. Ze houdt van hem. Hij houdt van koken. Ze denkt aan samen koken. Ze denkt aan liefhebben en genieten van het leven, dat al zo snel en kort is als ze denkt aan haar overleden dierbaren. En ook al sterft er iets vanbinnen tijdens het leven, er ontluikt zich vast wel iets veel mooiers dat alle verbeelding tart. De werkelijkheid overtreft de fictie in haar leven. Zij kent leven, die haar al veel liefde bracht.
dinsdag 2 november 2010
Tv & Hareng Saur
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten